'houttijd'
- zo noemde men in boekheem de rustige avonduren, het aangename besluit van een dag vol drukke bezigheden. Houttijd was het moment waarop het lichaam zich ten ruste begaf en de geest pas goed ontwaakte, het moment waarop de fantomen der schrijfkunt opstegen uit het papier en om de hoofden van de luisteraars en lezers dansten ...
Uit 'de stad van de dromende boeken' van WALTER MOERS
DAAROM dus ...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten